KNUTSELEN MET KINDEREN IN NOOD
Bekende verhalen
Over de opvang van asielzoekers en vluchtelingen zijn de meningen verdeeld. ‘Jongeren kunnen geen woning krijgen, zij wel’. ‘Hun leefgeld is meer dan wat een bijstandsmoeder heeft’. ‘Het zijn allemaal gelukszoekers’. Wil, die als vrijwilliger met de doelgroepen werkt, kent de verhalen. Ze heeft haar antwoord dus paraat. “Zit je zelf in een situatie met geen enkele kans op werk en heb je nauwelijks te eten voor je kinderen of er breekt een oorlog uit, dan wil jij ook ergens anders heen. En zijn wij niet allemaal gelukszoekers?”. Maar maakt onbekend niet onbemind? “In het dagelijkse leven valt dat vaak mee. Dan krijgen mensen toch een goed contact met hun ‘buitenlandse’ buren. Maar je moet iedereen die hier aanklopt wel meteen taalles, werk en onderdak kunnen bieden. En economische vluchtelingen moeten netjes terug”.
Oekraïense kinderen
De drang om anderen te helpen, was er altijd al. Het begon bij de scouting in Breda toen Wil 14 jaar was. In Kaatsheuvel deed zij o.a. vrijwilligerswerk bij de speelotheek, Villa Pardoes en Vluchtelingenwerk. Toen haar man ernstig ziek werd, stopte ze hiermee. Pas toen na zijn overlijden de energie terugkwam, pakte ze de draad weer op. Door een berichtje in De Duinkoerier raakte Wil betrokken bij de opvang van de Oekraïense vluchtelingen in de Theresiaschool. “Ik kan vast iets bieden,” dacht ik, “want ik heb 40 jaar onderwijservaring en 20 jaar met peuters gewerkt. Toen het met de gemeente rond was, plaatste ik op Facebook een verzoek om knutselspullen voor kinderen. Die kreeg ik in grote hoeveelheden.”
“Het is zinvol en leuk en geeft betekenis aan mijn leven”
Een klein meisje
Met die spullen gaat ze nu om de week een keer knutselen met de Oekraïense kinderen. “Eerst moest ik vragen ‘doe je mee?’. Nu komen ze spontaan naar mij toe. Bovendien doe ik de moeders zo ook een plezier.” Wil knutselde ook een paar keer met de kinderen van de asielzoekers die twee weken in de Wetering zijn opgevangen. “Daar lag ik wakker van. Als je ziet waar het gesleep met mensen toe leidt, vraag je je af wat een mensenleven waard is. Het meest raakte mij een klein meisje dat zomaar op mijn schoot kwam zitten. Zo hoort een kind niet op vreemden te reageren. Vertrouwen moet groeien; deze kinderen zijn onthecht.” Toch is Wil heel positief over haar vrijwilligerswerk. “Het is zinvol en leuk en geeft betekenis aan mijn leven”
Redactie: Els Hazelhoff
Lia
Een open hart voor jong en oud Als het kan, mag iedereen meedoen Bij Lia klopt niemand tevergeefs aan. Goed-zijn voor anderen zat er al vroeg in. Toen haar broertje Frank, die een hartafwijking had, in een instelling zou worden opgenomen, had Lia bedacht dat ze dan meeging om voor hem te zorgen. Maar hij overleed voor het zover was. “Als oudste in een gezin met acht kinderen moet je altijd meehelpen. Dat zit gewoon in mij. Tot op de dag van vandaag. Als iemand bij mij aanklopt en ik kan iets doen, gebeurt dat ook. Dat betekent niet dat ik een zoete suikerbol ben, ik trek wel mijn grenzen en treed op als het moet. Maar ik houd er niet van om mensen buiten te sluiten. Als het kan, mag iedereen meedoen.” Het is heel breed wat Lia doet Ze is niet verbonden aan verenigingen, alleen aan de KBO. Als bestuurslid en lid van de redactie van het Nieuwsblad en als ondersteuner waar dat nodig is. Soms ook, heel simpel, door een kaarsje in de kerk op te steken voor of namens een lid. Maar het allerliefst doet Lia iets voor kinderen, onder andere bij Jeugdpret. “Toen wij trouwden wilden mijn man en ik een elftal. Om gezondheidsredenen is het bij een gebleven. Toen heb ik mijn hart en deur opengesteld voor kinderen uit de buurt die dat nodig hadden of dat gezellig vonden. Bijvoorbeeld omdat de ouders thuis hard werkten voor de schoenenindustrie. Bij Jeugdpret ben ik als EHBO’er begonnen. Sinds drie jaar zorg ik, samen met mijn man, voor de catering. Dat vinden wij heel leuk.” Dat enthousiasme is je beloning Altijd helpende handen nodig Bij de EHBO verzorgde Lia onder andere wespensteken. Ze stelde moeder en kind gerust, vertelde wat een wesp was, koelde de steekplek en deed er een snoepje op. Als cateraar deelt ze extra’s uit bij het drinken en smeert broodjes voor de leiding. “Er zijn bij deze vakantie-activiteit altijd helpende handen nodig. Je kunt zelf aangeven wat je wel of niet kunt doen. Bijvoorbeeld een dagdeel bij een spel staan of een of meer dagen optrekken met een groepje kinderen. Vooral de vossenjacht in het dorp is zo leuk! Bij de ene winkelier mogen ze een kleurplaat maken, bij een andere ongezien raden wat er in een pakje zit. Iedereen heeft het naar de zin. Bovendien zorgt het voor levendigheid in het dorp. En of het nu regent of droog is, het maakt voor de kinderen niets uit. Dat enthousiasme is je beloning.” Redactie: Els Hazelhoff Deel deze verhalen en inspireer anderen om ook te helpen! Facebook Twitter LinkedIn Whatsapp Forward
Lees het verhaal